JAWA 250 Pérák
         JAWA 350 (OGAR)
EEN WERELDSENSATIE  

Terwijl nieuwe Jawa motorfietsen van het vooroorlogse model op de markt verschenen, werden in de fabriek voorbereidingen getroffen voor een snelle introduktie van 2 nieuwe Jawa 250 modellen, welke tijdens de oorlog waren ontwikkeld en in het geheim waren klaargemaakt. Eén was verstopt in de kelder van Antonin Vitvar's schoonzuster, de ander ontmanteld en opgeborgen in een kist in een diep gat in Vitvar's broer zijn schuur in de Bohemian-Moravian Uplands. Al snel, in 1946, werden de eerste 1360, 250 Pérák's  geproduceerd (type 11). Wat voor een motorfiets was het? Het gesloten frame was gelast van vierkante stalen buis. Op de bij patent beschermde voorvork met spiraalveren was de schitterend vormgegeven koplamp van 150 mm met ingebouwde snelheidsmeter geplaatst. Geinstalleerd in het frame was een 2 takt, 248,8 cc (65 x 75) vlakke zuiger eencilinder met een vermogen van 9 pk (6,6 kW). Opvallend was de ingesloten karburateur, een ander kenmerk, ook beschermd door een patent. De 4 versnellingsbak, als eenheid met het motorblok, was zo ontworpen dat schakelen mogelijk was zonder te ontkoppelen. Alleen door gebruik van het schakelpedaal kon de machine worden bereden. De versnellingskeuze werd aangegeven door een verklik systeem van lampjes in de kontaktschakelaar/amperemeter op de brandstoftank. Het vermogen van de 4 polige 6 V dynamo was 45 W. Het nieuw ontworpen zadel sloot aan op de 13 liter tank. Het scharnierde aan een spil, de ophanging ging via een centrale spiraalveer met friktie schokbreker, verstelbaar om het aan te passen aan het gewicht van de berijder. De achterwiel ophanging was teleskopisch, via een soort glijders met spiraalveren. Het gewicht was 125 kg, lengte 2010 mm, hoogte 954 mm, wielbasis 1297 mm, zadelhoogte 702 mm, en de grondspeling 140 mm. De bandenmaat was 300 x 19. Max. snelheid 100 km/u, brandstofverbruik 3 liter/100 km met een mengverhouding van 1 : 25. De Jawa 250 styling was aantrekkelijk en funktioneel, de machine was elegent, simpel en vertoonde een aantal nieuwigheden. De ontwerpers hadden ook de moeite genomen om alle elektrische leidingen te verbergen in het frame, zodat ze niet te zien waren. De nieuwe jawa 250 was dan ook een verrassing, zowel voor de motorrijder in het algemeen als voor de professionals. Het is niet overdreven dat het voor de eerstkomende 5 jaar wereldwijd de toon aangaf. Het debuut was in september 1946 in Parijs, op de Motor en Motor Cycle Show. Het is nutteloos te vertellen hoe de motorfiets werd ontvangen en dat het een gouden medaille kreeg toegekend. Het werd misschien nog wel het meest geëerd door de toen bekende Franse rijder, Louis Janin, houder van verschillende wereldrekords en winnaar van veel races. Eerst een onverschillige toeschouwer, daarna zo onder de indruk dat hij elke dag terugkwam op de stand om de bezoekers te informeren. In het tweede jaar van produktie rolden er 17162 nieuwe motoren van de moderne produktielijnen en begon men ze "Springer" ("Perak" in de Tsjechische taal en "Verende" in het Nederlands) te noemen, klaarblijkelijk om zijn voortreffelijke wielophanging. Het eerste model onderging tijdens de produktie (tot aan 1950) slechts één wijziging, de dynamo was sinds 1947, 6 polig. De 250 Jawa werd een groot sukses en niet alleen in Tsjecho-Slowakije. Waar de machine ook verscheen, overal dwong het bewondering af. Zo ook in Engeland, de motorfietssupermarkt waar Janecek vroeger de Villiers motorblokken kocht. De Springer werd daar voor het eerst getoond op de Motor Cycle Show in 1948. Dankzij Dr. Jan Schulmann's relaties, welke toen afgevaardigde was van de Tsjecho-Slowaakse machine industrie, kon er een afgelegen hoekje worden gekregen, waar  net 3 motoren konden worden gestald. Om het debuut te aanschouwen, waren ook aanwezig de toenmalige Jawa direkteur, Vojtek Dokorny, Josef Jozif en Antonin Vitvar. Levendige belangstelling werd er verwacht, maar wat er in die afgelegen hoek gebeurde kon niemand hebben verwacht. De motorfiets stond op een hoog wit podium, zodat iedereen al vanop afstand de motoren kon zien en om te verhinderen dat de meest ondernemende toeschouwers aan de machines kwamen. Maar dat bleek nutteloos, snel na de officiele opening kwamen de koele Engelsen aan de Springer om de zitpositie uit te proberen. De standbedienden stonden machteloos. 'S nachts werden de motorfietsen aan de stand vastgezet met stalen banden. De interesse van motordealers was enorm, maar omdat er geen handelsovereenkomst was met Engeland, konden de motorfietsen niet worden geexporteerd. Het land importeerde alleen het hoognodige, uitgeput door de oorlog, kon het zich nauwelijks veroorloven ook nog motorfietsen te importeren, er waren zeer veel Britse fabrikanten. In ieder geval was de situatie op dat moment overal in Europa hetzelfde. Desondanks kwam men op het laatst een import overeen van 200 stuks. Dealers keken op naar de motorfietsen, evenals de klanten, maar een nieuw probleem dook op. Geen dealer durfde de import op zich te nemen uit vrees voor de British Cycle and Moter Cycle Manufacterers and Traders Association. Dus wat nu? Industria (London) Ltd. kocht van tijd tot tijd, Tsjecho-Slowaakse vleessnijders en de afgevaardigde praatte met de eigenaar van de Company, om te proberen motorfietsen te verkopen.  Dit zou beter zijn als vleessnijders. Ofschoon de klant  niet erg bekend was met het artikel, leende hij 20000 Pond en waagde de sprong. Zijn Company werd geaksepteerd als lid van de Association. Ongeveer 30 dealers boden zich aan voor de verkooprechten en in minder dan een maand na de eerste stappen, waren de motorfietsen uitverkocht. In die tijd waren de meeste in Engeland geproduceerde moterfietsen vooroorlogse modellen. Op een gelijksoortige manier ging het over 112 landen over de gehele wereld. Jawa motorfietsen hebben hun weg gevonden naar elke markt, overal. Er waren niet veel landen die van zichzelf konden zeggen dat ze weerstand konden bieden aan de woeste aanval van de revolutionaire machines. Geintroduceerd in 1948 werd ook de eerste serie 350's (type 12), in het zelfde frame als de Jawa 250 Springer. In het begin werden de machines (eerst in de grijze Ogar kleur, later in Jawa rood) op de markt gebracht onder de naam Jawa-Ogar, geproduceerd bij Ogar, de derde grootste motorfiets producent in vooroorlogs Tsjecho-Slowakije. Bovendien was de fabriek in Praag Strasnice in 1948 overgenomen door Jawa. Jawa had Ogar ook geregistreerd als zijn handelsmerk. De Jawa-Ogar 350, later simpelweg Jawa, was een 2 takt, 2 cilinder, ontworpen op de zelfde manier als de 250, met vlakke zuigers en omkeerspoeling. Hun inhoud was 344 cc (58 x 65), vermogen 12 pk (8,8 kW) max. snelheid 110 km/u, benzineverbruik van 3,5 liter/100 km. Tot aan 1950 in produktie was model 12, parallel met de 250, model 10. Met kleine wijzigingen verschenen de modellen 11 (250) en de 18 (350) vanaf 1950. Opvallend op het eerste gezicht was dat er minder koelribben zaten op de cilinders van beide motorblokken, maar de koelribben waren wel groter voor een betere koeling. De drijfstangen en zuigers waren ook veranderd en daarom werden de motorfietsen op de markt gebracht als nieuw model. De Springers waren in produktie tot aan 1956. De produktie van de 250 werd al in 1954 gestaakt. Totaal werden er van beide modellen 180000 verkocht. Voor veel bekende merken in die tijd was Jawa een inspiratiebron, zoniet een model om te kopieeren. Al snel begonnen koplampen van een gelijkvormig model, geintegreerd met de voorvork, op modellen van andere merken te verschijnen. Adler startte de produktie van motorblokken met hetzelfde systeem van luchtaanzuiging in het karter, inplaats van in de cilinder. Het Jawa systeem werd in de BRD niet beschermd middels een patent. Ook een van de Derbi modellen zag er uit of iemand bij Jawa het had getekend op karbon papier, sinds in Franco's naoorlogse Spanje, Tsjecho-Slowaakse vindingen niet meer werden beschermd. In de Condor fabrieken gebeurde er al precies hetzelfde en zelfs bij Villiers verschenen motorblokken met de bekende Jawa vormgeving. In het hoofdstuk handelen met de Springers, moet nog worden vermeld, welke grote basis deze modellen waren voor de konstruktie van 3-wiel Rickshaws, beide transport en passagiersvoertuigen, erg populair in de Aziatische landen. De konstruktie werd uitgevoerd zowel in de landen waar ze werden gebruikt als in Tsjecho-Slowakije, waar Velodruzstoo Solnice vlakbij Rijchnov nad Kneznou, later Velorex, was gespecialiseerd in hun produktie. Een ander 3-wiel variant, genaamd Velorex Oskar 250, verscheen in 1951. Het was een kleine 3-wieler, bestaand uit een buizenframe, bekleed met kanvas. De Velorex was 2 deurs, met 2 vrij gemonteerde 19 inch voorwielen, onafhankelijke ophanging door veren met friktie en teleskopische dempers. De besturing was van het tandrad type. In de Velorex, met opvouwbaar dak, was ruimte voor 2 personen. Achter had het een centrale vork met 1 wiel, aangedreven door een 250 cc Jawa motorblok. Later werden er ook 350 cc motor­blokken gebruikt voor de aandrijving van de voertuigen. De eerste Velorex modellen hadden een max. snelheid van 80 km/u. Ook waren er modellen voor invalide personen, met handbediening en een gereduceerde snelheid tot 30 km/u. De produktie van de Velorex ging door tot in de 60er jaren, toen dit model werd vervangen door een 4-wieler model, ook aangedreven door Jawa motoren. De produktie werd definitief gestaakt  aan het eind van de 70er jaren.  

In Duitsland werden voor de Peraks andere type aanduidingen gehanteerd dan bij de fabriek en hier in Nederland; 

Jawa 250 cc Perak  Type 11 1945 - 1953   Duits Type 151
Jawa 350 cc Ogar    Type 12 1946 - 1948   Duits Type 150
Jawa 350 cc Ogar    Type 18 1949 - 1955   Duits Type 158
Perak restauratie, bezoek de volgende pagina van Rob de Kramer;  http://home.hccnet.nl/r.de.kramer/page-1-dut.html 

JAWA 250 Pérák     type 10 en 11                      1946-1954
JAWA 350 (OGAR van 1947/48 tot en met 1950)  type 12    1947/48-1956    Latere 350 cc was type 18                                                      
motortype
cilinderinhoud
compressieverhouding
boring x slag
maximum vermogen
maximum koppel
topsnelheid
electrische installatie
ontsteking
startsysteem
koppeling
versnellingen
overbrenging
frame
vering voor
vering achter
remmen voor
remmen achter
bandenmaat
L x B x H
gewicht leeg
tankinhoud
prijs in Nederland
bijzonderheden
één/tweecilinder tweetakt luchtgekoelde zuigergestuurde tweetaktmotor
248.8 cc                             344 cc     
6.25:1                                 6.25:1
65 x 75                               58 x 65 mm  (tweecilinder)
9 pk bij 4250 tpm               13,5 pk bij 4000 tpm

100 km/u                            110 km/u
6 volt  45 Watt      akku; 6 V, 14 A/h
accu/bobine
kickstarter, niet gecombineerd
meervoudige natte plaat
4
primair ketting,  sekundair ketting
enkelvoudig wiegframe
hydraulische teleskoopvork
plunjers
trommel 150 mm vanaf 1951 160 mm  breedte 25 mm 
trommel 150 mm vanaf 1951 160 mm  breedte 25 mm
 voor 3.00 x 19  achter 3.25 x 19, velg; 2¼ x 19 inch
2010 x 700 x 954 mm
118 kg                                   123 kg    max. toelaatbaar gewicht; 160 kg
13,5 liter
 250 cc model  1946  f 1085.--   1949  f 1590.--
verlichting 6 V  25/25 W  vanaf 1951 gekombineerde stop/achterlicht
AFSTELLEN ONTSTEKING   Meer over de Ogar 350, klik hier.
 
Jawa Pérák in 6 daagse uitvoering van Bram Hartman.     
Meer over de 6 daagse, klik hier!!!
 
De Perak 250 cc van 1948 in "leger" uitvoering van Loek Theelen. IN welk land deze heeft gediend is hem niet bekend. 
Wie kan hier meer over vertellen???

De ombouw van de "JAWA Pérák Type 11" van een oude ontsteking naar een elektronische ontsteking. 

Het bekende euvel van de Jawa is de dynamo en de stroomregelaar, in de meeste gevallen blijft de dynamo het wel doen en is de stroom- /spanningsregelaar de veroorzaker van de problemen. Dit was bij mijn Jawa ook het geval mijn accu werd niet of nauwelijks bijgeladen met als gevolg dat als ik een rit ging maken er altijd voor moest zorgen dat mijn accu volgeladen was anders stond ik binnen de kortste keren met een stilgevallen motor want ik reed gewoon op die manier mijn accu leeg zodat er geen spanning meer was voor de ontsteking. De tweedehands gebruikte dynamo's met regelaar gaven ook geen uitkomst, het blijkt in de meeste gevallen bij deze dynamo's ook de regelaar te zijn die ontregeld of stuk is. Deze regelaar is af te regelen wat ik ook geprobeerd heb, deze afregel procedure heeft in ons Jawa-CZ-club blad gestaan(beschreven door Dick Amtink, Dick heeft trouwens een heel mooi boek over de Jawa gemaakt waarin deze helemaal beschreven staat), ondanks deze afregelprocedure is het mij niet gelukt om het voor elkaar te krijgen en was ik gedoemd om niet verder dan ca 50 km van huis te gaan anders kwam ik niet rijdend thuis. 

Internet.
Zoals vele mensen tegenwoordig bezit ik een pc met een internet aansluiting en was ik een keer aan het zoeken naar site's waar JAWA in voor kwam. Bij het bezoeken van een bepaalde site stond een link naar een andere JAWA site en wel die van MZ-B Vertriebs Gmbh ( www.mz-b.de ) Email ( mail@mz-b.de ) .Toen ik deze site bezocht stond ik versteld van wat deze firma nog heeft aan onderdelen van de Perak of wat erin past. In deze onderdelencatalogus staan ook rotors en stators van de dynamo zoals ze er in zitten maar mijn oog viel op een elektronische ontsteking van 6 volt met generator van 85 Watt. Na het sturen van een E-mail naar MZ-B met de vraag of deze ontsteking wel paste in mijn Perak kreeg ik een E-mail terug dat men het niet kon vertellen, men was echter wel genegen mij een set op proef te sturen zodat ik het e.e.a. uit kon proberen. Met het vriendelijk verzoek om de resultaten door te brieven. Op dit aanbod ben ik in gegaan, waarvan ik hieronder een verslag  geef. 

De ombouw.
Na het uitpakken van het postpakket kwam het vliegwiel, de stator met spoelen, de elektronische ontstekingsunit, de ontstekingsspoel en de kabelboom te voorschijn (foto 1). Het geheel is kompleet met beschrijving/schema en bevestigings schroeven.
De eigenlijke ombouw kan gaan beginnen, d.w.z. de auto de garage uit om ruimte te krijgen voor de ombouw. Om te beginnen eerst de accu los koppelen zodat zonder de accu te beschadigen gewerkt kan worden. Na het verwijderen van het rechter motordeksel kwam de oude dynamo met spanningsregelaar te voorschijn( foto 2). De bedrading kan nu los gemaakt worden en na het verwijderen van de bevestigingsschroeven kan de stator worden verwijderd. Bij de rotor de bout los halen waardoor de rotor voorzichtig van de krukas conus getikt kan worden. Nu alles weg is komt het spannendste, past de nieuwe dynamo. Deze gaat er zonder problemen in (foto 3 + 4), ook de bevestingsgaten kloppen als een bus met de bijgeleverde schroeven. De kabelboom die aan die aan de dynamo vast zit kan zonder problemen op de oude positie terug gelegd worden in het motorblok er zit zelfs een nieuw afsluitrubber bij. Een probleempje is dat de kabelboom niet meer door het frame heen kan in verband met de voor gemonteerde kabelschoentjes. Het is natuurlijk wel mogelijk dat je deze verwijderd en er naderhand nieuwe opzet zodat het toch nog het frame in kan, maar ik heb voor de makkelijke methode gekozen en het kabelboompje met tieribs aan het frame vast gezet.
Nu moest er alleen na gedacht worden waar ik de ontstekingspoel en de unit zou monteren. De plek voor de spoel had ik al snel gevonden en dat was net na het bevestigings punt van de claxon, om de spoel te monteren heb ik wel twee beugels moeten maken die om het frame heen gingen. Deze beugels heb ik van dun plaat gemaakt. Bij het monteren wat dun rubber er tussen en het zit gelijk goed vast (foto 5). Je kunt gewoon de oude bougie kabel en kap gebruiken. De plek voor de unit gaf wat meer problemen want deze moest op een plek komen die voldoende koeling gaf en wat ik weer belangrijk vond dat je er zo weinig mogelijk van zag. Dat is bij mij onder het zadel geworden want zoals je weet is de PERAK een motor met een zweefzadel en heel weinig plaatwerk waar iets achter kan. Om deze unit te kunnen monteren heb ik een beugel van strip gemaakt waarop de unit vastgezet kan worden (foto 6). In deze strip moeten twee gaten gemaakt worden met dezelfde steek als de twee achterste bouten van het zadel. De strip heb ik tussen de zadelpan en beugel geschoven en weer vast gezet (foto 7), op deze plek zie je er weinig van en hij heeft voldoende koeling. De kabelboom heeft voldoende lengte om naar de ontstekingspoel getrokken te worden, halverwege de boom zitten twee draadjes welke naar de regel unit moeten alleen deze zijn ca 10 cm te kort wat niet het grootste probleem is. Na deze verlengd te hebben en aangesloten.
Het eind resultaat (foto 8).  
Na dit allemaal gemonteerd te hebben zou de motor gestart kunnen worden want het is een electronische ontsteking met vliegwiel d.w.z. dat je kunt starten zonder accu net als een bromfiets, dit is wel zo makkelijk. Je hebt wel de mogelijkheid om een accu aan te sluiten waardoor er altijd voldoende spanning/stroom is voor wat extra apparatuur. Om de motor stil te zetten moet net als bij een bromfiets even sluiting gemaakt worden met het chassis, op het ogenblik dat ik dit stuk schrijf doe ik dit even voor het gemak met een losse draad daar ik nog geen goede plaats gevonden heb voor een kortsluit schakelaar. Nu het spannende moment, na de benzinetank weer gemonteerd en aangesloten te hebben kon ik hem starten. Na twee keer voortrappen, de derde echte en ja hoor hij liep gelijk. Zonder problemen maakte hij voor een Jawa redelijk hoge toeren. Bij het maken van de testrit merkte ik dat de motor een stuk feller was geworden, maar omdat ik het motorblok voorzien had van nieuwe lagers een uitgehoonde cilinder met overmaat zuiger kon ik zijn maximale snelheid nog niet bereiken. Omdat het blok eerst nog los gereden moet worden, de 9 pk's zijn te laag om de motor van zijn drie naar zijn vier op toeren te houden. Zodra ik naar zijn vier schakelde viel hij terug in snelheid. Op het ogenblik is dus de Jawa alleen maar geschikt voor toeristische ritjes in de polder. Zoals ik al eerder vermeldde is de ontsteking ook geschikt om de accu en verlichting te voeden, je kunt de voedingsdraad gewoon op kabel aansluiting no. 30 monteren van de schakelkast. De no's 1 en 61 blijven ongebruikt. Verder blijft alles ongewijzigd. 
Ik hoop jullie met dit verslag geholpen te hebben om ook de oude Peraks op de weg te houden. Een deel van de foto's die ik gemaakt heb staan op de site van MZ-B en dat vindt ik best wel leuk om daar mijn oude PERAK te zien.   De besproken foto's zijn via email opvraagbaar bij mij.

Piet van Kranenburg. Email; pavk@wish.nl

TERUG NAAR INDEX AFSTELLEN ONTSTEKING
  view.php-cisloclanku=2003092901 meer Perak