PAL Oliepomp voor JAWA en CZ
Informatie mbt. JAWA  /  CZ     '' Oliepomp ''                  
Zowel ter linker zijde als ter rechter zijde is de bedoelde info te verkrijgen op de homepage, terwijl bij scrollen het bedoeld artikel wordt aangegeven.
 
'' OILMASTER '' - types:                     OLIEPOMP :  PAL
=================                      ==============
 
JAWA 350 cc type 362-00 / 02                 591-15-200
JAWA 250 cc type 623 + 623 / 01            591-15-100
JAWA 350 cc type 633 + 633 / 03            591-15-200
JAWA 350 cc type 634-06  (enz.)             591-15-200
Aanvulling op welke types de PAL oliepomp werd gemonteerd:
------------------------------------------------------------------------
250 cc  +  350  cc vanaf  1970
 
350  cc   type  362 / 00 / 00  Californian IV
350  cc           362 / 00 / 02
350  cc           362 / 00 / 04    
350  cc           362 / 00 / 05
350  cc           634 / 06  t/m 634 / 08
 
Smering / mengverhouding van 1 : 20  t /m 1 : 120 De Pal oliepomp is af te stellen d.m.v. afstelplaatjes voor en achter de tandwiel aandrijving.
Olietank inhoud 2.25 ltr.,waarvan 0.75 ltr. reserve. (Bij voorkeur aangegeven types 2-tact olie gebruiken, zoals in het boekje vermeldt worden. Goedkoop = Duurkoop ! )
2-TACT OLIE is niet alleen voor het smeren maar ook voor het koelen, dus zeer belangrijk voor het welzijn + levensduur van de motor.
 
Bijbehorende carburateurs:
--------------------------------------
JIKOV 2924 SBDM "2777"  tbv.  type 250 cc
Hfd.sproeier : 100   Stationairsproeier : 45
 
JIKOV 2926 SBDM "2776"  tbv.  type 350 cc
Hfd.sproeier : 112    Stationairsproeier : 50 
De getallen tussen haakjes bv. "2758" zijn de zogeheten vaknummers om te bestellen. De Jikov Carburateur werd voor heel veel type-uitvoeringen gebruikt, maar ieder met een eigen afstelling, dus uiterlijk gelijk. Aan de hand van die nrs. wisten de insiders met wat voor uitvoering ze te maken hadden. Dit geldt voor zowel Jawa als voor CZ carburateurs.
Even naar de 362 en 634 die hadden de Jikov 2926 SBDM, de Posilube heeft de Jikov 2924 / 2926 SBD b. Die M staat voor Oilmaster uitvoering, uitgerust met een koudstart - uit rusting. De CZ daarentegen heeft een chokeknop naast het stuur. Bij uittrekken gaan de kleppen van het luchtfilterhuis dich, net onder voorzijde van de buddyseat. De Jawa's hadden geen choke.
 
POSILUBE - types van CZ:
CZ  125 cc Type 476. 01             591-15-300
CZ  175 cc Type 477. 01             591-15-400
CZ  125 cc Type 476.05
CZ 175 cc Type  477.05
Beide CZ uitvoeringen van type's .00 en .07 hadden geen "Posilube" smering. 
De Posilube heeft echter geen andere carburateur nodig dan de standaard uitvoeringen zonder oliepomp, maar een ander bovendeksel met een pijpje en een andere middenzitting met een gat waar het pijpje doorheen kan. Een iets zwaardere veer werd ook gemonteerd, wgs.tegendruk door de bediening van de oliepomp.
 
Voor  125 cc,   Jikov  2924 SBDb "2758"
Voor  175 cc,   Jikov  2926 SBDb "2759" 
 
De opgegeven carburateur types kunnen in Nederland afwijken op het laatste nummer  wgs. de voorschriften inzake aanzuiggeruis (toegstane decibellen geluid!)
Bij montage van
de carburateur ALTIJD nieuwe pakkingen gebruiken, kontrole op zwarte O-ring en aanzuigrubber vanaf luchtfilter, bij enige
twijfel vernieuwen. Carburateur afstellen vlgs.voorschrift.

Hoe werkt nu de PAL- OLIEPOMP?
Het hoofdonderdeel van het smeersysteem is de plunjerpomp, waarvan de slag van de plunjer verstelbaar is. Deze wordt aangedreven vanaf de linkerkant van de krukas(zie afb. 1). De worm- en wormwiel overbrenging, waarvan de worm met een lip aan de krukas is verbonden, dient ervoor om het toerental terug te brengen. Het wormwiel drijft via een vrijloop de centrale as aan, die één geheel is met de plunjer D. Pennetje O steekt dwars uit de centrale as en loopt tegen de stilstaande nok B aan. Dit komt doordat de as steeds naar rechts wordt gedrukt door veer C. Nu maakt de as dus een heen en weer gaande en een draaiende beweging. De 2 palletjes N van de vrijloop kunnen heen en weer schuiven in wormwiel A. Dit wormwiel maakt alleen maar een draaiende beweging. In plunjer D is een groef geslepen, welke op dit moment op de tekening 1 in verbinding staat met aanvoer leiding K. De as is nu op zijn verst naar Links geduwd. Doordat de tank hoger is geplaatst dan de pomp, loopt de olie door de zwaartekracht, via een zeef in de tank, vanzelf naar ruimte M. Wanneer nu de as een halve slag verder draait, dan is pen O van de nok B af gedraaid. Veer C heeft gezorgd voor de schuivende beweging naar Rechts. Ruimte M is hierdoor kleiner geworden, zodat de olie via persleiding L wordt geperst naar de karburateur. Zoals tot dusver beschreven wordt de olie opbrengst alleen nog bepaald door het toerental van de motor. 

Via afbeelding 2 leggen we uit hoe de opbrengst wordt bepaald door het gashendel. 
Stang G komt aan de linkerzijde tegen schijf H aan en aan de rechterzijde in een groef, I van de bedieningsrol. Schijf H zit vast aan de centrale as en maakt dus ook de heen en weer gaande beweging. Veer C drukt nu schijf H tegen stang G. Stang G drukt op zijn beurt in groef I. Bij het draaien van de bedieningsrol (gas geven) wordt de groef I dieper en stang G beweegt zich dan naar rechts. Hierdoor word nu de slag bepaald door pen O en nok B. De slag naar rechts wordt bepaald door de stand van de bedieningsrol. 
 
Tekening 1
 
Tekening 2 

 
Afstellen van de PAL- OLIEPOMP is in kombinatie met de carburateur eenvoudig, dmv. de 2 bowdenkabels, de eerste is gemonteerd van gashandvat tot op het pompwieltje en de tweede is gemonteerd van 't zelfde wieltje naar de carburateur.
Op de 1e kabel zit een afstelmechanisme, waarmee de beide merktekens, 1 op het pomphuis en 1 op het wieltje, gelijk moeten worden afgesteld.
Deze afstelling goed kontroleren
dmv. een aantal malen het gashandvat te open en los te laten, waarbij de merktekens exact gelijk in ruststand terug moeten komen.
Zit het merkteken van het wieltje te hoog
dan betekent dit in de praktijk te hoge olie toevoer, waarbij veel te vet gesmeerd wordt, anderzijds wanneer het merkteken op wieltje te laag onder het merkteken van het pomphuis dan wordt stationair NIET en bij verder openen veel te
weinig 2-tact olie bijgevoegd. Dus smering te schraal, waarbij het motorblok beschadigt kan worden. In eerste instantie '' klemmers '' waarbij beschadigingen optreden aan de zuiger, zuigerveren en cylinderwand. Nadien kunnen zelfs de lagers defect raken.
 
VOORDEEL van de Oliepomp is dat bij juiste afstelling het motorblok wordt gesmeerd naar het aantal toeren p/m.,dus in principe geen overtollige olie krijgt toegevoegd.
Men dient dus wel regelmatig de afstelling te kontroleren van de merktekens, evenzo kontrole uit te oefenen op de hoeveelheid 2-tact olie die door de pomp wordt opgevoerd. Bij veel kilometers zal men dus ook de pomp af en toe dienen te reviseren.
 
ZONDER  oliepomp wordt bijvoorbeeld  ALTIJD  1 : 40 gesmeerd, welk toerental de motor dan ook draait. Het moge duidelijk zijn dat bij lage toerentallen veel te veel
olie in het
mengsel terecht komt, hetgeen weer resulteert in op div. plaatsen, bv. uitlaten, de overtollige olie een uitweg zoekt.
 
Documentatie mbt.Onderhoud c.q. revisie van de oliepomp eventueel opvraagbaar bij jawaloog@jawa.nl
 
Voor de types vanaf  Jawa 350 cc  T.638-639-640-641-644 welke allemaal hetzelfde motorblok hebben, was het mogelijk een Pal-Oliepomp te laten monteren of een Japanse Mikuni Oliepomp. Afstelling + Onderhoud worden in aparte bijlage beschreven.
In nummer 2 van 1999 van het Jawa/CZ klub klubblad wordt in het kort de afstelling van de pomp beschreven door J.W. Postma. 
In bovenstaande tekening wordt de plaats van de onderdelen duidelijk gemaakt; 1. is de oliepomp, rechtstreeks gemonteerd op de krukas. 2. is het olietankje. 3. is de kleine kabel voor de bediening van de gasschuif. 4. is de bowdenkabel die van "gashendel" naar de oliepomp voert. 5. is het kontroleluikje voor de oliestand. 6. is de benzinekraan.
INDEX